Veiligheid & evacuatie
Naast de toegankelijkheid is ook de ‘uit’gankelijkheid in noodsituaties van belang.
Ga altijd in overleg met de brandweer over de beste oplossing voor de evacuatie.
Interessant voor:
Onderwerp:
Ontwerpaanbevelingen
Vluchtwegen zijn goed aangegeven door duidelijke en herkenbare pictogrammen.
Maak je vluchtwegen voldoende breed, obstakelvrij en voorzie noodverlichting.
Zorg ervoor dat iedereen, ook personen met een beperking, in eerste instantie zelf kan vluchten of tot aan de vluchtzone geraken.
Voorzie de mogelijkheid om horizontaal en verticaal te evacueren. Voor personen met een mobiele beperking zoals rolstoelgebruikers is de gedeeltelijke horizontale evacuatie naar een plaats van relatieve veiligheid belangrijk. Als het vuur zich ontwikkelt tot een grotere omvang dan moet je verticaal kunnen evacueren. Horizontale en verticale evacuatie moeten verzekerd zijn. Bespreek volgende mogelijkheden met de brandweer:
- Horizontale evacuatie naar een aanpalend compartiment (niet door een trappenhuis) OF voldoende grote en bereikbare buitenruimte
- Evacuatie met de lift met prioritaire oproep
- Evacuatie met behulp van speciale evacuatiestoelen via de trap
Brandalarm
- Iedereen kan het alarm in werking zetten.
- Het alarmsignaal is voor iedereen waarneembaar en herkenbaar. Het bestaat uit zowel een geluidssignaal dat cruciaal is voor personen die blind zijn als een lichtsignaal voor personen die doof zijn.
- Zorg voor een goede GSM ontvangst om hulp of assistentie op te roepen. Dit is overal in het gebouw aanwezig.
Maatvoering
Brandblussers, alarmkastjes en -knoppen hangen tussen 90 en 120 cm hoogte. Brandblussers worden best ingewerkt of aan één zijde van de gang voorzien. Zo blijft de andere wand obstakelvrij en kan deze wand als gidslijn dienen.
De vrije doorgangsbreedte van de deuren is minimaal 90 cm. Vluchtdeuren openen in de richting van de vluchtweg voor ruimtes met meer dan 50 personen.
De minimale benodigde ruimte om te wachten per rolstoelgebruiker is 90 x 150 cm
Regelgeving
Koninklijk besluit van 12 juli 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 1994 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen
De evacuatie van personen met een beperking bij brand dient besproken te worden met de plaatselijke brandweer en worden voorzien overeenkomstig het wijzigingsbesluit van 12 juli 2012 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
Er is over dit thema geen regelgeving op vlak van toegankelijkheid.
Brusselse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid: titel IV toegankelijkheid van gebouwen voor personen met een beperkte mobiliteit (art. 8)
Indien nodig wordt de schriftelijke signalisatie aangevuld met pictogrammen en/of gekleurde geleidelijnen.
De geluidssignalen worden aangevuld met lichtsignalen.
Er is over dit thema geen regelgeving op vlak van toegankelijkheid.
Geïnspireerd? Hier zijn vier gerelateerde tips
Gids- en geleidelijnen
Blinden en slechtzienden leren vaak een route aan tot aan een handelszaak of restaurant. Ze oriënteren zich met behulp van lijnvormige elementen in de omgeving. Dat kunnen natuurlijke elementen (natuurlijke gidslijnen) of extra toegevoegde elementen (kunstmatige geleidelijnen) zijn.
Informatie en informatieborden
Informatieborden geven klanten van de winkel of horecazaak alle informatie die ze nodig hebben om eenvoudig en vlot het gebouw te gebruiken en items terug te vinden. Denk hierbij aan aanduidingen van verdiepingen, ligging van afdelingen (mannen, vrouwen, groenten, elektro …), grote functies zoals de parkeervoorziening, sanitair of de pashokjes.
Circuleren in het gebouw – looproutes binnen
Looproutes hebben een logische structuur, zijn eenvoudig in gebruik en garanderen een evenwaardig aanbod voor iedereen. Er zijn geen alternatieve routes. Door hun vormgeving en afwerking zijn ze drempel- en obstakelvrij en kan elke gebruiker ze zelfstandig gebruiken.
Toegangspad en looproutes buiten
Toegangspaden of looproutes buiten hebben een logische structuur, zijn eenvoudig in gebruik en zijn door iedereen bruikbaar. Er zijn geen alternatieve routes nodig.
Door hun vormgeving en afwerking zijn ze drempel- en obstakelvrij en kan elke klant ze zelfstandig gebruiken. Naar maatvoering toe zijn ze vergelijkbaar met elke andere route of gang in het gebouw. Omwille van de specifieke buitensituatie vragen ze wel een aantal andere aandachtspunten.